Lifestyle

‘Ik voelde mijn armen en benen opeens niet meer’

Girlscene.nl gaat over fashion en beauty, allerlei happy dingen in het leven. Helaas maak je soms ook minder leuke dingen mee. Want vervelende en heftige dingen horen jammer genoeg ook bij het leven. Sommige meiden hebben wel iets heel heftigs meegemaakt en willen hun verhaal graag met jullie delen. Deze keer: een meisje dat tijdens een wedstrijd een ernstige schade opliep.
Zaterdag 12 mei – De wedstrijd
20 minuten voor het einde van de wedstrijd brak ik door de verdediging. Ik liep richting de cirkel en voelde dat iemand mij inhaakte, waardoor ik voorover viel. Ik viel met een rake klap op de grond en vervolgens viel er nog iemand bovenop mij. Ik greep gelijk naar mijn nek en door mijn hoofd schoten allerlei gedachten. Dit kon toch niet zo erg zijn? Ik hoorde mensen praten over 112 en ambulances en de tranen schoten in mijn ogen. Mijn vriendin pakte mijn arm vast, maar ik voelde hem niet. Ze voelde nog even aan mijn been en ik krijg er nog net uit dat ik die ook niet voelde.
Het telefoonnummer van mijn ouders werd gevraagd en er werd gebeld zodat er iemand naar het ziekenhuis kon komen. Alles vloog aan me voorbij en mijn zus kwam naast me staan. Normaal hadden we vaak ruzie, maar op deze dag had ik haar meer dan nodig. Mijn ouders zaten in het buitenland, dus heel snel naar het veld komen was voor hun geen optie.
De ambulancebroeders arriveerden. Ze stelden me vragen en knepen in mijn handen, armen en benen. Ik voelde nog steeds niks. Ze brachten me met een brandcard naar de ambulance en we vertrokken richting het ziekenhuis. Eenmaal in het ziekenhuis reden ze me door de gangen naar een kamer met vijf artsen. Ze namen testen bij me af en namen scans. Mijn moeder was inmiddels in het ziekenhuis om me te steunen. Ze brachten me naar een klein kamertje waarin ze de scan afnamen. Twintig minuten later mocht ik weer terug naar mijn moeder en mijn zus om samen op de uitslag te wachten.
Uiteindelijk bleek dat er een scan van mijn hersenen was genomen, omdat ze dachten dat ik misschien een hersenbloeding had. Gelukkig was er niks raars op de scan te zien. De artsen stonden voor een raadsel. Er kwam een neuroloog aan mijn bed staan en hij zei, “je weet toch dat je in ieder geval 1 nachtje moet blijven?”. Ik schrok, want dit had ik niet verwacht. Hij vond het daarnaast ook niet verantwoord om mij op te laten nemen op de kinderafdeling, dus werd ik overgebracht naar een ander ziekenhuis om daar op afdeling ‘A5, neurologie’ opgenomen te worden. Inmiddels waren mijn stiefvader en broertje ook naar het ziekenhuis gekomen en hebben we samen gewacht tot ik verplaatst werd. Het duurde even, maar om half 1 kwamen de ambulancebroeders om mij te vervoeren naar het andere ziekenhuis.
De ambulancebroeders kwamen met een brancard met kussen en deken de kamer binnenrijden. Ik werd op de brancard gelegd en mocht eindelijk iets rechterop zitten. Het ritje leek heel lang te duren en toen we eindelijk in het ziekenhuis waren aangekomen voelde het daar heel verlaten. We stonden met bed en al voor de lift te wachten en ik zag op het bordje ‘fysiotherapie’ staan. Op dat moment hoopte ik dat ik dat nog kon gaan studeren.
De ambulancebroeders droegen me over met de diagnose ‘gekneusd ruggenmerg’. Dit was pas de eerste keer dat ik het hoorde, maar ook deze diagnose kon nog verkeerd zijn. De zuster legde wat dingen uit, maakte een boterham voor me en vertelde dat het twee kanten op kon gaan met deze diagnose. Het kon zijn dat ik aan het einde van de week nog nauwelijks gevoel terug had en na een revalidatiecentrum zou moeten. Maar het kon ook veel gunstiger zijn. In dat geval zou ik aan het eind van de week weer naar huis kunnen en intensief fysiotherapie gaan volgen. Mijn zus en moeder gingen weg. Op dat moment voelde ik me verschrikkelijk. Het was helemaal stil en ik wist niet goed waar ik was, dus dat maakte me heel erg onzeker.
Zondag 13 mei
Ik werd rond de klok van 4:00 uur wakker. Ik schreeuwde het nog net niet uit van de pijn, maar ik was niet van plan om iemand te waarschuwen. Ik was allang blij dat ik weer wat gevoel had in mijn been. Om 7:00 uur kwam er een zuster binnen die mij een aantal vragen begon te stellen. “Rook je? Nee. Drink je? Nee. Gebruik je medicijnen?” En ga zo maar door. Ze vroeg me om zacht in mijn handen te knijpen en ik voelde gelukkig wat. Ik merkte dat ik mijn arm weer een beetje kon bewegen, maar de angst bleef wel. Ik had totaal geen kracht meer.
Toen kwam het ontbijt. Ik was half verlamd, dus ik kon mijn eigen brood niet smeren en de zuster was spoorloos. Ik kon alleen maar sip kijken naar hoe mijn brood droog werd. Omdat het Moederdag was kreeg ik beschuit met aardbeien en vruchtenhagel, maar ik kreeg geen hap door mijn keel. Mama zat thuis en ik lag hier. In de middag kwam mijn vader me bezoeken, want ik had hem nog niet gezien na het voorval. Ondertussen was het wonderlijke al gebeurd: ik kon een beetje lopen!
Papa en ik besloten dan ook om even naar beneden naar het restaurant te gaan. Wat deed ik hier in mijn pyjama? Vroeg ik mezelf steeds af. Ik had het gevoel dat iedereen naar me aan het kijken was. We hebben even geprobeerd trap te lopen, maar dat ging nog niet echt… Het was een klein begin, maar de volgende dag kwam ik pas achter de gevolgen.
Maandag 14 mei 
Aan het einde van de ochtend werd ik verplaatst naar de zaal, omdat er iemand op de kamer zou komen die wat meer privacy nodig had. De dag verliep verder rustig. Ik kreeg te horen dat ik in de middag een MRI-scan zou krijgen. Toen ik terugkwam van de scan was mijn oma er al. Ze had teen armbandje voor me meegenomen van haar vakantie! Even later kwamen mijn vriendinnen ook nog, wat ik super lief vond. Ik was wel enorm gesloopt en voelde me niet lekker. Ik had de hele dag al hele erge hoofdpijn en pijn in mijn rug. Ik kreeg wel pijnstillers maar die hielpen niet genoeg. Uiteindelijk bleek dat ik koorts en een te lage bloeddruk had. Oorzaak: te veel inspanning geleverd op de dag ervoor…
Toen mijn moeder in de avond kwam en doorvroeg bij de verpleging, bleek dat in de ochtend bij de controles al  was gebleken dat ik koorts en een lage bloeddruk had. Ze waren alleen even vergeten om dit nogmaals te controleren… In de avond was dit nog steeds zo. Te veel inspanning geleverd op zondag dachten ze. Uiteindelijk mocht ik op woensdag het ziekenhuis verlaten. Ik kon zelfstandig lopen en mijn arm weer gebruiken. Ik heb nog wel heel lang fysiotherapie gehad en ben bijna precies een half jaar later weer in het ziekenhuis beland, waarna er twee zware jaren vol medische problemen volgden. Ik merk dat ik heel erg veranderd ben na deze periode, maar het heeft me ook heel bewust gemaakt van alles. 
Wil jij ook graag jouw heftige verhaal delen op Girlscene? Stuur dan een mail met jouw verhaal naar info@girlscene.nl onder vermelding van: ‘Heftig verhaal’. 
Bron beeld: iStock

Must reads 👀

Lifestyle

‘Ben je altijd zo stil?’ en 5 andere zinnen die introverts niet willen horen

Charlotte
herkenbaar-introverts

5 dingen die introvert té vaak horen

Wij introverts hebben het soms best zwaar. We staan liever niet in het middelpunt van de aandacht, trekken ons iets meer terug in grote gezelschappen, en zijn al helemaal niet van plan om onze stem boven de rest uit te laten komen. Dat betekent echter niet dat we deze vijf opmerkingen nog nooit eerder hebben gehoord. Sterker nog, we horen ze continu! Of we nu bij een feestje zijn, een vergadering op het werk, of gewoon op bezoek bij famillie, deze zinnen komen altijd weer terug. Hier zijn de vijf meest voorkomende opmerkingen die wij, introverts, regelmatig voor onze kiezen krijgen – zucht.

1. “Doe niet zo saai”

Saai? Dat introverte mensen over het algemeen iets meer op zichzelf zijn en zich meestal wat stiller gedragen in sociale bijeenkomsten, betekent zeker niet dat ze saai zijn! Integendeel, terwijl extraverte mensen vaak handelen op impulsieve invallen, hebben wij introverts onze volgende stap zorgvuldig doordacht. Is dat saai? Wij vinden van niet. Terwijl extraverten druk bezig zijn met de buitenwereld, hebben wij de tijd genomen om na te denken, te reflecteren en creatief te zijn.

Onze stilte is vaak een teken van diepgaande gedachten en innovatieve ideeën. Dus, saai? Absoluut niet! We hebben misschien een andere aanpak, maar dat maakt ons zeker niet minder interessant.

2. ”Waarom ben je zo stil?”

Een vraag die introverte mensen maar al te vaak horen, en laten we eerlijk zijn, het is geen favoriet. Het suggereert dat stil zijn iets negatiefs is, terwijl voor introverten stilte juist een natuurlijke en comfortabele staat is. Stil zijn, betekent niet dat ze niets te zeggen hebben of zich ongemakkelijk voelen. Vaak zijn introverten diepe denkers die graag luisteren en observeren voordat ze hun mening delen. Ze genieten van rustige momenten en hechte gesprekken, in plaats van luidruchtige bijeenkomsten en oppervlakkige praatjes.

3. ”Vind je het goed als ik iemand meeneem?”

Nee! Introverten houden veel meer van één-op-één gesprekken dan van groepsgesprekken. Diepe, betekenisvolle gesprekken winnen het altijd van oppervlakkige small talk. Als er ineens meer mensen aan het gesprek meedoen, kan dat voor een introvert best lastig zijn. Ze hebben namelijk wat meer tijd nodig om te reageren, en in een groep is die kans vaak kleiner omdat iemand anders al snel het woord overneemt. Maar eerlijk, met zijn tweeën is het toch ook supergezellig?

4. “Ik had niet verwacht dat je zo aardig was”

Dit is een opmerking die introverten helaas maar al te vaak horen. Het lijkt te suggereren dat een rustig of terughoudend karakter gelijk staat aan onaardig zijn, wat natuurlijk helemaal niet klopt! Introverten hebben vaak een warme, vriendelijke persoonlijkheid die pas echt zichtbaar wordt in een comfortabele, rustige omgeving. Ze zijn misschien niet altijd de luidruchtigste in de kamer, maar dat betekent niet dat ze minder aardig of sociaal zijn.

5. “Ben je verlegen?”

Hoewel verlegenheid en introversie vaak in één adem worden genoemd, zijn het eigenlijk twee verschillende dingen. Verlegenheid draait om een gevoel van angst, nervositeit of ongemak in sociale situaties, vooral bij interacties met vreemden of in groepen. Mensen die verlegen zijn, vermijden vaak sociale situaties uit angst voor afwijzing of kritiek. Aan de andere kant is introversie een persoonlijkheidskenmerk dat draait om de voorkeur voor rustige omgevingen en de neiging om energie te halen uit alleen zijn of activiteiten die individueel worden uitgevoerd. Introverte mensen kunnen wel van sociale interacties genieten, maar hebben ook tijd nodig om op te laden na periodes van sociale activiteit – duh!

Beeld: Netflix | You